Niertumoren
Het opsporen van erfelijke aanleg
Wilms-tumor is de meest voorkomende vorm van nierkanker bij kinderen. Eén op de drie kinderen met Wilms-tumoren heeft aanleg voor het ontwikkelen van deze ziekte. Deze informatie kan belangrijk zijn voor de behandeling. Artsen kunnen erfelijke aanleg voor kanker helaas niet altijd herkennen met standaard onderzoek. Onderzoekers zijn daarom op zoek naar nieuwe manieren om erfelijke aanleg te herkennen.
Erfelijke aanleg
DNA zit in alle cellen van het lichaam. Het is een uitgebreide handleiding, waarin zeer nauwkeurige instructies staan over hoe ons lichaam groeit, werkt en eruitziet. Kinderkanker ontstaat door foutjes of veranderingen in het DNA. Deze foutjes leiden vaak niet tot kanker, maar ze verhogen wel de kans hierop. Fouten in het DNA kunnen spontaan ontstaan, maar kunnen ook aangeboren zijn. Dit heet erfelijke aanleg. Uit een eerder door KiKa gefinancierd onderzoek blijkt dat er bij maar liefst 1 op de 3 kinderen met Wilms-tumoren sprake is van erfelijke aanleg. Het is erg belangrijk om erfelijke aanleg voor kanker te herkennen. Patiënten met erfelijke aanleg hebben namelijk een hogere kans op het opnieuw krijgen van kanker, waardoor extra controles nuttig kunnen zijn. Ook kan het nodig zijn om de behandeling aan te passen en is deze informatie belangrijk voor familieleden en voor als de patiënt in de toekomst een kinderwens heeft. Een verhoogde kans op kanker wordt namelijk vaak van generatie op generatie binnen families doorgegeven. Er zijn verschillende vormen van erfelijke aanleg. Sommige vormen kunnen artsen opsporen door te kijken naar de aanwezigheid van uiterlijke afwijkingen of het voorkomen van kanker in de familie. Andere vormen kunnen ze helaas niet met standaard onderzoek herkennen.
Over het onderzoek
Voor andere vormen van kanker is eerder gevonden dat je erfelijke aanleg kunt herkennen met informatie uit de tumor. In dit nieuwe onderzoek gaan de onderzoekers kijken of dit ook geldt voor Wilms-tumoren. Als dit zo is, dan kunnen artsen met deze kennis erfelijke aanleg beter en gerichter herkennen. Hierdoor kunnen ze patiënten met Wilms-tumoren beter behandelen en controleren, en de patiënten en hun families beter informeren.
Centrum: Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie
Startjaar: 2025
Looptijd: 4 jaar
Totale kosten/bijdrage KiKa: € 722.908,00
Onderzoeksnummer: 522
Projectleiders: Prof. Dr. Roland Kuiper, Prof. Dr. Marry van den Heuvel-Eibrink, Dr. Lennart Kester en Dr. Marjolijn Jongmans